‘Ik was 18, mijn eerste jaar aan de Kleinkunstacademie in Amsterdam zat er bijna op. Ik ontmoette de dader op het station na een weekend bij mijn ouders in Twente, mijn tas vol schone was.

Veerkracht: sterker bij tegenslag
Training

Veerkracht: sterker bij tegenslag

  • Leer hoe je optimistischer wordt - zelfs bij tegenslagen
  • Maak een persoonlijk plan om gemakkelijker overeind te blijven op uitdagende momenten
  • Gebaseerd op inzichten uit de positieve psychologie
Bekijk de training
Nu maar
79,-

Terwijl ik stond te wachten op mijn vriendje raakte ik aan de praat met een man van midden 40. Hij vertelde dat hij fotograaf was en vroeg of ik een keer een fotosessie wilde doen.

Veel van mijn klasgenoten hadden aan fotoshoots meegedaan, dus ik dacht: waarom niet, en gaf hem mijn nummer. We maakten een afspraak.

We zouden foto’s maken op het Rembrandtplein in Amsterdam, maar daar was het volgens hem die dag te druk. Hij stelde voor naar zijn studio te rijden. Ik vond het spannend; nog nooit was ik zomaar bij iemand in de auto gestapt, maar dat gevoel wimpelde ik weg.

Shit, waar gaan we naartoe? dacht ik toen hij de IJ-tunnel in reed. Ik was er niet gerust op, maar hij leidde me af door het gesprek op gang te houden. De “studio” bleek een leeg huis buiten de stad te zijn.

Daar verkrachtte hij mij. Natuurlijk verzette ik me, maar ik durfde niet met hem in gevecht te gaan – het was duidelijk dat hij koste wat kost moest krijgen wat hij hebben wilde.

Toen hij me terugbracht naar Amsterdam was het al bijna donker. Van de nacht die volgde, kan ik me nauwelijks iets herinneren. Geen idee of ik nog ben gaan douchen – híj had me namelijk al onder de douche gezet. Volgens mij heb ik als een mummie voor me uit zitten staren.

Twee dagen later kreeg ik een beoordelingsgesprek op school. Volkomen onverwacht zei mijn mentor dat ik niet door mocht naar het tweede jaar; ze zagen me als een lief, naïef meisje en betwijfelden of ik sterk genoeg was om de opleiding aan te kunnen. Ik stortte in. Nu lag mijn droom om het theater in te gaan ook nog aan diggelen.’

Geschaad vertrouwen

‘In de week na de verkrachting vertelde ik niemand iets; ik voelde me een stommeling, hoe had ik dit kunnen laten gebeuren? Wel schreef ik voor mijn vriend een gedicht waarin ik liet doorschemeren dat me iets ernstigs was overkomen.

Hij vroeg net zo lang door tot ik vertelde wat er aan de hand was – misschien wel het dierbaarste dat iemand ooit voor me heeft gedaan. En hij overtuigde me ervan aangifte te doen.

Maar de agent die ik mijn verhaal vertelde, verdraaide steeds mijn woorden en zei dat ik een dom, naïef meisje was. Daarmee bevestigde hij mijn gevoel dat ik medeschuldig was.

Toen ik met twee agenten naar het huis ging waar het was gebeurd, zeiden ze tot mijn verbijstering: “We kennen deze man en zijn op de hoogte van zijn daden.” Ze hadden pas een sterke zaak als een meisje aangifte deed op de dag dat ze was verkracht of als ze minderjarig was, beweerden ze.

Tientallen jonge vrouwen gingen met die man dat huis binnen terwijl de politie ervan wist. Dat gaf mijn vertrouwen in de medemens opnieuw een enorme knauw.

De periode daarna belde ik elke week naar het bureau om te vragen hoe de zaak ervoor stond. Intussen ging het heel slecht met me. Ik was geïmplodeerd en had geen greintje energie.

Het was zomervakantie, mijn vrienden waren weg en ik praatte er alleen met mijn vriend over. Doordat ik had gehoord dat een verkrachting je tekent voor het leven had ik weinig hoop dat het nog goed zou komen.

De eerste psycholoog die ik bezocht was vanwege een gelijkenis met zijn dochter erg geraakt door mijn verhaal; daardoor kon hij me niet helpen. De tweede liet me alleen maar praten zonder zelf iets te zeggen, terwijl ik handvatten nodig had om mezelf weer op de rit te krijgen.

Na de zoveelste mislukte poging om hulp te vinden, fietste ik in wanhoop naar het spoor om me voor de trein te gooien. Wat me uiteindelijk tegenhield, was het besef dat ik daarmee op mijn beurt anderen een trauma zou bezorgen.’

Kalmeer je lichaam, kalmeer je geest
Training

Kalmeer je lichaam, kalmeer je geest

  • Leer je omgaan met overprikkeling en overspoeling 
  • Ontwikkel je meer lichaamsbewustzijn
  • Creëer je meer balans met behulp van de polyvagaaltheorie
Bekijk de training
Nu maar
55,-

Een nieuwe droom

‘Pas na een jaar kwam de dader voor de rechter, voor drie andere verkrachtingen en die van mij. Tijdens de rechtszaak bleek dat hij nog honderden andere vrouwen had misbruikt.

Hij kreeg maar vier jaar cel, toch voelde ik me enorm opgelucht. Eindelijk kreeg ik de erkenning dat deze man míj iets had aangedaan, dat ik slachtoffer was.

Na zijn hoger beroep en cassatie zat ik op een dag in een cafeetje koffie te drinken en merkte ik opeens hoe uitgeput ik van dit alles was, en hoe graag ik deze zwarte periode wilde afsluiten.

Ik wilde weer léven in plaats van overleven. Ik besloot terug te keren naar het vak van mijn dromen en meldde me aan voor de mime-opleiding.

In de zomervakantie van 2001, inmiddels in het derde jaar van mijn opleiding, liep ik in Spanje langs een veld met oude landbouwtractoren en ik realiseerde me dat ik ondanks mijn jeugd in Twente nog nooit op een tractor had gereden. Dat wilde ik ook proberen!

Dit idee nam steeds grotere vormen aan en groeide uit tot de droom om op een tractor naar het einde van de wereld te reizen: de Zuidpool. Het maakte me blijer dan ik me in lange tijd gevoeld had – dit móést ik gaan doen.

De verkrachting en de nasleep met alle rechtszaken hadden me jarenlang ongewild zo veel energie gekost. Nu ik dat allemaal had doorstaan en verwerkt – althans, dat dacht ik – kon ik eindelijk weer de regie over mijn leven nemen en mijn energie steken in iets positiefs: deze reis waarvoor ik wél zelf had gekozen en waarmee ik ook iets moois aan de wereld wilde geven.

Onderweg zou ik geld inzamelen voor The Hunger Project en War Child en hun projecten bezoeken, een theatervoorstelling spelen en de dromen verzamelen van mensen die ik ontmoette.

Na jarenlange voorbereidingen – de route uitstippelen, visa aanvragen, sponsors zoeken en een proefrit naar Parijs – vertrok ik in 2005.

Al op dag twee werd mijn oude, groene tractor in België in beslag genomen, omdat hij geen kenteken had; in Nederland mag een tractor dat namelijk niet hebben. Ook bij vrijwel elke volgende grens was er een bureaucratisch obstakel.

Vaak reageerde ik boos of vond ik mezelf zielig. Tot ik in Afrika in mijn gezicht werd uitgelachen om mijn kinderachtige gedrag, en ik besefte: tegenslag als deze is niet persoonlijk bedoeld, mij wordt hier niet iets aangedaan. Ik leerde dingen waarop ik geen invloed had te accepteren.’

Eenzame kilometers

‘Mijn reis voerde me door risicolanden als Soedan en Ethiopië. Ik overnachtte in de wildernis, in een tent achterop de tractor. Meestal werd ik hartelijk ontvangen door de plaatselijke bevolking, maar ik maakte ook spannende momenten mee.

Zoals in Zimbabwe, waar de mensen in een dorp ’s nachts begonnen te trommelen terwijl ik in mijn tent lag. Ik merkte dat hun tromgeroffel tegen mij was gericht en deed die nacht geen oog dicht. Maar toen de volgende dag bleek dat zij net zo bang voor mij waren geweest als ik voor hen, konden we er samen om lachen.

Zo leerde de reis me dat angst voor de ander in negen van de tien keer misplaatst is – de meeste mensen zijn oké. In al die jaren onderweg is me nooit iets naars overkomen. De tractor werkte ontwapenend, maar dwong ook respect af.

En voor mijn veiligheid bleek ik prima te kunnen vertrouwen op mijn intuïtie. Ook al leek een situatie nog zo onschuldig, als mijn gevoel het niet vertrouwde, wist ik dat ik dat signaal niet moest negeren.

Ik had er bewust voor gekozen alleen op reis te gaan en maakte onderweg makkelijk contact, maar alle contact was natuurlijk kortstondig. Ik begon me steeds eenzamer te voelen.

Daar zat ik dan, als “een Jeanne d’Arc voor het goede doel” op de tractor. Alleen. Ik verlangde er steeds meer naar me met iemand te verbinden. De afgelopen jaren waren mijn relaties op niets uitgelopen, en het begon me te dagen dat dit kwam door een verdedigingsmechanisme: zodra ik ook maar enigszins ontspande, fluisterde een stemmetje me in dat hij een watje was of te onveilig voor mij, en schoot ik in een vecht- of vluchtreactie.

Zo beschermde ik mezelf onbewust tegen intimiteit en échte verbinding met een ander. Wilde ik ooit een serieuze relatie hebben en misschien nog kinderen krijgen, dan moest ik weer leren om een ander te vertrouwen, besefte ik. Maar ik was bang dat ik dat niet meer kon, dat die ene man dat onherroepelijk bij mij had stukgemaakt.’

Kinderwens

‘Eind 2009 bereikte ik Kaap de Goede Hoop. Maar de boot die me een lift naar Antarctica had aangeboden, bleek vertrokken te zijn. Vier jaar zat ik al op die tractor, ik had 38.000 kilometer afgelegd en nu kon ik mijn reis niet afmaken.

Een jaar lang probeerde ik een andere mogelijkheid te vinden, maar tevergeefs. Doodop en gedesillusioneerd keerde ik met het vliegtuig terug naar Nederland.

Toch wilde ik nog niet opgeven en bleef ik proberen een manier te verzinnen om mijn reis alsnog te kunnen voltooien. In 2012 leerde ik Rogier kennen. Op de dag dat tussen ons een vonk oversprong, kreeg ik een telefoontje van een groot tractormerk: ze wilden mijn Zuidpoolexpeditie mogelijk maken.

Omdat ik twijfelde of dit dan wel het moment was om aan een relatie te beginnen, stelde Rogier voor om elkaar eerst beter te leren kennen voordat ik een beslissing zou nemen. Dat gaf ruimte en rust, en mijn angst om iemand weer zo dichtbij te laten, kreeg de tijd om te bedaren.

Langzaam groeiden de liefde en mijn vertrouwen, en we werden de beste maatjes. Toen de expeditie werd uitgesteld, besloten we daarom onze kinderwens voorrang te geven – want als ik terugkwam, zou ik al bijna 39 zijn.’

De laatste etappe

‘Een jaar na de geboorte van onze dochter was het dan eindelijk zover. Terwijl Rogier thuis voor Hannah zorgde, reed ik op Antarctica in een maand de laatste etappe van mijn reis.

Op 9 december 2014 parkeerde ik mijn tractor bij de geografische Zuidpool: een klein paaltje met een spiegelbol erop – toen ik het omhelsde, vroor mijn neus eraan vast. Uit de Amerikaanse basis kwamen mannen aangestormd met dikke jassen aan en skibrillen op: “You made it!”

Het was een onwerkelijk moment: hier had ik bijna tien jaar naartoe geleefd. Ik huilde van pure blijdschap, en voelde me heel stil worden vanbinnen. Tot op de dag van vandaag put ik er hoop en energie uit: niets is onmogelijk als je in jezelf en je dromen blijft geloven.

En nu, weer vijf jaar later, is er mijn boek, Het meisje en de tractor. Schrijven over de gevolgen van de verkrachting deed me inzien hoezeer die gebeurtenis en mijn wereldreis met elkaar verbonden zijn.

Na die donkere jaren wilde ik mijn leven weer in eigen hand nemen en er een positieve, vrolijke wending aan geven. Dankzij die reis heb ik het beschadigde vertrouwen in mezelf en anderen kunnen helen.

Sommige mensen durven de grote wereld niet in en blijven hun hele leven veilig thuis. Ik deed het omgekeerde. Ik ging het avontuur in de wereld aan, om uiteindelijk de moed te kunnen vatten dat ook dicht bij huis aan te durven.’

Het meisje en de tractor is verschenen bij Pepper Books.

Alert brein

Elke vorm van fysiek geweld ervaren je hersenen als levensbedreigend, zelfs als dat niet letterlijk het geval is, zegt Agnes van Minnen, trauma-expert en auteur van het boek Verlamd van angst. Herstellen na seksueel misbruik.

‘Maar verkrachting en aanranding laten wel de diepste sporen na, omdat de dader zich op, of zelfs in het slachtoffer bevindt.’ Het brein wil de gevaarlijke situatie onthouden zodat die voortaan kan worden vermeden en slaat daarom allerlei details op. Dit kan verschillende gevolgen hebben.

‘Was de dader bijvoorbeeld een man met een bril en een paarse sjaal, dan herinneren de hersenen zich dat als: mannen, mensen met een bril en personen die paars dragen zijn niet te vertrouwen; ze zullen door het slachtoffer voortaan gemeden worden. Veel slachtoffers zijn ook voortdurend alert op andere signalen die kunnen wijzen op onveiligheid.’

Mensen die seksueel geweld hebben meegemaakt, kunnen ook problemen krijgen met intimiteit en vertrouwen. Ze durven bijvoorbeeld geen oogcontact meer te maken, want het brein ervaart dat als zeer intiem en dus onveilig.

‘Ook kan zo iemand ineens onaardige gedachten krijgen over een persoon die hij of zij tot voor kort wel vertrouwde. Dat komt door bewuste of onbewuste herinneringen aan de traumatische ervaring.

Die roepen angst op voor wat er mogelijk weer zou kunnen gebeuren, en dat activeert het overlevingsmechanisme: iemand gaat vechten, vluchten of bevriezen.’

Slachtoffers willen soms hun trauma omzetten in iets nuttigs of positiefs, bijvoorbeeld een reis maken of een boek schrijven. ‘Er betekenis aan geven geeft ze kracht,’ zegt Van Minnen. ‘Maar de posttraumatische stressklachten gaan er meestal niet door weg. Daarvoor is behandeling nodig.’

Bijvoorbeeld met EMDR of exposuretherapie. ‘Bij exposure krijgt de cliënt plaatjes te zien die aan de bedreigende situatie doen denken en herinneringen worden tot in detail opgehaald. Vervolgens moet iemand situaties opzoeken die hij eng vindt.

Doordat deze nu wel veilig zijn, leren de hersenen daar weer op te vertrouwen. Het is een heftige therapie, maar hij geeft vaak snel resultaat. Mensen zeggen dat ze hun leven erdoor terugkrijgen.’