Dat bleek wat meer voeten in aarde te hebben. Mijn eerste tour die had moeten eindigen met de oversteek naar mijn eiland, eindigde ermee dat ik 250 kilometer moest omrijden omdat de laatste veerboot al weg was. Later, toen ik eenmaal had uitgevogeld hoe laat je waar moest zijn om met de boot mee te kunnen, besefte ik dat ik op de kaart alleen globaal naar de afstanden had gekeken; niet naar de reistijd naar het veer, de wachttijd en de tijd aan boord.

Het was een typisch geval van het verschil tussen globaal denken en lokaal denken. Van nature denken sommige mensen globaler dan andere: zij hebben vooral een ‘promotie-focus’, gericht op het bereiken van hun doelen en idealen, op de grote lijn en waar ze naartoe willen. Ze zijn optimistisch en geneigd problemen te onderschatten. Uitdaging, risico, winst, avontuur, ambitie en succes zijn sleutelwoorden voor iemand met een sterke promotie-focus. Lokale denkers hebben meer een ‘preventie-focus’, gericht op het vermijden van verlies en mislukking. Ze denken eerder aan wat er mis kan gaan. Verantwoordelijkheid, veiligheid, bescherming, normen en regels zijn hun kernwoorden. In de ogen van promotietypes zijn het vaak mierenneukers die overal beren op de weg zien – terwijl ze zelf de grootste beer zijn op de weg naar het grote doel, met hun geneuzel over pietluttigheden. (‘Ja maar, wat als die bootreis een uur duurt?’ ‘Dan gaan we daar lekker zitten en naar de zee kijken!’)

Toch heb je beide perspectieven nodig, zoals ik alras ondervond in Denemarken. Pas toen ik eenmaal op de kade stond, ging ik me verdiepen in de vaartijden en de vertrektijden van de veren. Dat illustreert mooi dat er niet alleen verschillen zijn tussen mensen in globaal versus lokaal denken, maar dat het ook door de situatie wordt beïnvloed. Als een situatie nog ver weg is en je er van een afstandje naar kijkt, kijk je globaler. Dan denk je aan het doel, aan waar je naartoe wilt en waarom. Zit je er middenin, dan zie je de details, de obstakels en denk je aan hoe.

Voordat je een besluit neemt moet je eigenlijk eerst even door beide brillen naar de situatie kijken, de globale en de lokale bril. Ben je een tobber die snel verzandt in ‘ja maar’ en ‘wat als’, neem dan even afstand; stel je voor dat dit pas over een jaar is, dat helpt je om na te denken over het waaróm in plaats van hoe. Dankzij die globale bril herinner je je waar het nu echt om gaat. Omgekeerd: ben je zoals ik een grote-stappen-snel-thuis-denker, dan moet je de situatie juist in gedachten dichterbij halen en inzoomen op de details. Of gewoon samen met een preventie-denker op vakantie gaan. Of zou dat ruzie worden?