Wie geen geheugen heeft, heeft dus eigenlijk geen leven.

Het geheugen is een van de ongrijpbaarste en wonderlijkste systemen van de menselijke geest. Eeuwenlang buigen filosofen zich al over het fenomeen van de herinnering en iets meer dan honderd jaar onderzoeken psychologen het proces van opslaan, herinneren en vergeten. Nog steeds weet niemand echter precies hoe dat proces verloopt. De laatste jaren is bovendien overduidelijk gebleken dat het geheugen zeer kwetsbaar is en gemakkelijk te manipuleren. Zogenoemde ‘verdrongen herinneringen’ aan seksueel misbruik bleken fantasieën te zijn, aangepraat door begrijpende therapeuten. Wetenschappers erkenden in de eerste helft van de jaren negentig zelfs het bestaan van dit ‘false memory syndrome’.

Onze herinnering kan kennelijk zo vertekend worden, dat ze absoluut niet meer strookt met de werkelijkheid.

Natuurlijk heeft het geheugenonderzoek wel iets opgeleverd. Lange tijd hebben psychologen het geheugen vergeleken met een computer. Op de harde schijf staan herinneringen, gerangschikt in subdirectories of mapjes. Die herinneringen kun je ophalen en wegstoppen, zoals je een computerbestand oproept en opslaat, zo veronderstelde men. Hoe ouder we worden, hoe voller het daarboven wordt en des te makkelijker we vergeten. Inmiddels is aangetoond dat het geheugen niet zo logisch werkt, maar veel meer associatief. Ons

Log in om verder te lezen.