‘Ik voelde verdriet en pijn die ik jarenlang had weggestopt’

Stephanie-Joy (35) leefde tussen haar 18e en 24e in de daklozenopvang en op straat. Ze werkt als hulpverlener bij het Leger des Heils.

Is elk mens in staat tot gruwelijke dingen?

Is elk mens in staat tot gruwelijke dingen?

Zelfs bij de vriendelijkste, ‘normaalste’ persoon kan iets knappen, weet forensisch psycholoog I...

Lees verder

‘Op een van de eerste dagen ontmoette ik een Duitse man. Hij liet me de beste plekken zien om te slapen en beschermde me. Mede dankzij hem is mij op straat nooit geweld aangedaan. Raar genoeg voelde ik me tussen de daklozen geaccepteerd.

Vanaf mijn geboorte ben ik slechthorend en op mijn zesde kreeg ik een auto-ongeluk waardoor mijn lichaam vol littekens zit. Door die handicaps was ik een onzeker kind. Daar konden mijn ouders lastig mee omgaan.

Mijn moeder was overbezorgd, wat voor mij verstikkend voelde. Mijn vader kon licht ontvlambaar reageren als ik iets niet goed hoorde. Ik werd steeds ongelukkiger. Mijn ouders schakelden hulpinstanties in, maar er veranderde niets. Op mijn 14e ben ik uit huis geplaatst.

Log in om verder te lezen.