Waarom voelt die ene vriend als een zielsverwant en de andere niet? Waarom kun je met de ene collega eindeloze gesprekken voeren waarbij je elkaar haast gedachteloos aanvult, terwijl er bij de ander steeds pijnlijke stiltes vallen?

Vriendschap test: waarom zijn jullie vrienden?
TEST
Doe de test »

Vriendschap test: waarom zijn jullie vrienden?

En waarom raak je op een feestje met die ene vage kennis in geanimeerd gesprek verwikkeld en maak je je bij de ander het liefst zo snel mogelijk uit de voeten?

Sociaal psychologen doen al jarenlang onderzoek naar wat maakt dat het ‘klikt’ tussen sommige mensen terwijl tussen andere de chemie ver te zoeken is.

Als je mensen zelf vraagt wat de belangrijkste reden is, zeggen ze dat het vooral komt door de kwaliteiten van de ander, zoals het feit dat hij of zij zo warm en aardig is.

In werkelijkheid heeft aantrekkingskracht meer te maken met toevallige omstandigheden en jezelf, dan met die ander. Of zit er toch meer achter die mysterieuze chemie?

Vijf redenen waarom het met sommige mensen simpelweg ‘klikt’.

1. Omdat we ze vaak zien

De eerste reden waarom het tussen ons en bepaalde mensen zo goed klikt, is meteen de meest ontnuchterende: hoe vaker je iemand ziet, hoe leuker je diegene gaat vinden.

Wie zichzelf altijd raar op foto’s vindt staan, is al bekend met dat effect. Omdat ons gezicht niet perfect symmetrisch is, ziet het er in de spiegel net even anders uit dan op de foto. De spiegelversie van ons gezicht is de versie die we het vaakst zien en daardoor het aantrekkelijkst vinden.

Voor vrienden en geliefden geldt grappig genoeg het tegenovergestelde; zij prefereren je fotobeeld boven het gespiegelde beeld, ontdekten de onderzoekers Theodore Mita, Marshall Dermer en Jeffrey Knight van de University of Wisconsin. Met je fotobeeld worden ze namelijk het vaakst geconfronteerd.

Dat bekend bemind maakt, geldt ook voor andere mensen. Richard Moreland en Scott Beach van de University of Pittsburgh deden een experiment waarbij ze vier vrouwelijke onderzoeksassistenten nul, vijf, tien of vijftien keer in de collegebanken lieten plaatsnemen.

De assistenten praatten niet met de andere studenten of met de docent. De uitkomst? Hoe vaker een assistente aanwezig was geweest, hoe aardiger de andere studenten haar vonden. En dat terwijl ze nooit contact met haar hadden gehad!

Aardige kamergenoot

Het is dan ook niet zo gek dat we een klik voelen met mensen over wie we dagelijks struikelen. In een klassiek experiment bood de Amerikaanse psycholoog Theodore Newcomb zeventien eerstejaarsstudenten gratis onderdak aan.

Als tegenprestatie vroeg hij hun nauwkeurig bij te houden wat ze dachten over de andere eerstejaars: wie vonden ze aardig en wie konden ze niet luchten of zien?

Hoewel de deelnemers willekeurig waren toegewezen aan hun kamers vonden de meeste studenten hun kamergenoot na een poosje het aardigst van alle groepsleden.

Een opvallende uitkomst van andere onderzoeken: alleen al de verwachting dat we iemand vaker gaan zien, leidt ertoe dat we diegene leuker vinden. Als je nog vaker met iemand zult worden geconfronteerd, let je meer op zijn positieve kwaliteiten. Dat is voor alle betrokken partijen het fijnst.

Pech is het trouwens als je van meet af aan een hekel aan iemand hebt. Als je iemand vaker ziet, wordt die hekel namelijk alleen nog maar groter. Niet alleen onze vrienden vertoeven dus het meest bij ons in de buurt, zo toont onderzoek aan, maar ook onze vijanden.

2. Omdat ze onze identiteit ondersteunen

We denken dat we onze vrienden kiezen om wie ze zijn. Maar onderzoek door Carolyn Weisz en Lisa Wood van de University of Puget Sound laat zien dat we vooral een klik hebben met degenen die ons laten zijn wie we willen zijn.

Weisz en Wood volgden vier jaar lang een groep eerstejaarsstudenten en bekeken wie na vier jaar beste vrienden waren en wie ‘gewone’ vrienden bleven.

Een belangrijke voorspeller bleek te zijn of iemand de sociale identiteit ondersteunt die we het meest koesteren. In ons leven vervullen we namelijk verschillende sociale rollen, zoals die van partner, vader, trombonespeler, journalist of lid van de toneelvereniging.

Die zijn niet allemaal even belangrijk voor ons. Wellicht voelen we ons in de eerste plaats vader en alleen op donderdagavond een trombonespeler.

Heb je het idee dat een vriend jou vooral in de vaderrol laat schitteren, bijvoorbeeld omdat hij ook net zelf kinderen heeft gekregen, dan maakt hij een goede kans om tot ‘beste vriend’ te worden gepromoveerd.

Of speel je de sterren van de hemel in de plaatselijke toneelvereniging, dan waardeer je die vriendin het meest die naar al je optredens komt kijken.

3. Omdat ze óns aardig vinden

Ook weinig mysterieus: we vinden de mensen leuk die ons leuk vinden. Het is volgens sommige onderzoekers zelfs de belangrijkste reden waarom we ons tot iemand aangetrokken voelen.

‘Als we ontdekken dat iemand anders ons accepteert en goedkeurt – als ze vriendelijk advies geven, ons complimenteren of hun bewondering uitspreken – reageren we daar meestal op door hen leuk te vinden’, schrijft Donelson R. Forsyth van de University of Richmond in het boek Group dynamics.

In een klassiek experiment lieten de Amerikaanse sociaal-psychologen Carl Backman en Paul Secord mensen deelnemen aan een reeks wekelijkse discussies.

Voorafgaand aan de eerste bijeenkomst kreeg iedere deelnemer te horen wie van de andere discussiedeelnemers hen leuk zou vinden; de onderzoekers konden dat zogenaamd voorspellen op basis van eerder verkregen informatie over de persoonlijkheden van de andere groepsleden.

In werkelijkheid werden willekeurige namen genoemd. Wat bleek? De deelnemers vonden inderdaad degene van wie ze dachten dat hij hen het leukste vond, zelf ook het meest sympathiek. Iets wat overigens het sterkste voor de eerste discussie gold.

Grappig genoeg kan het idee dat iemand anders je leuk vindt ertoe leiden dat dat ook daadwerkelijk gaat gebeuren. Het werkt dus als een self-fulfilling prophecy. De onderzoekers Rebecca Curtis en Kim Miller deden een experiment waarin ze mensen lieten geloven dat hun gesprekspartner hen leuk vond of juist niet.

Mensen die dachten dat de ander hen sympathiek vond, onthulden meer over zichzelf, waren aardiger en vertoonden minder afstandelijk gedrag. Het belangrijkste was dat dat gedrag zijn weerslag had op hun gesprekspartner: ze werden ook daadwerkelijk aardiger gevonden.

4. Omdat ze op ons lijken

Wat ook bijdraagt aan die geheimzinnige chemie: als de ander lijkt op de allerbelangrijkste persoon in je leven – jijzelf. Sterker, hoe meer overeenkomsten iemand met je heeft, hoe groter de klik.

Iets wat door psycholoog Donn Byrne ook wel de ‘wet van aantrekking’ wordt genoemd (niet te verwarren met de dubieuze ‘wet van aantrekking’ van Rhonda Byrne’s The secret).

En dat is niet zo vreemd: iemand die dezelfde dingen leuk vindt en dezelfde keuzes maakt als jij moet wel een fijn persoon zijn, toch?

De Canadese onderzoeker en psycholoog Beverly Fehr schrijft in Handbook of relationship initiation: ‘We voelen ons zekerder dat we op de “juiste” manier over dingen denken als we iemand ontmoeten die hetzelfde vindt als wij.’

Daarbij is contact met mensen die dezelfde dingen leuk vinden als wijzelf waarschijnlijk plezieriger dan wanneer we omgaan met iemand die alles veracht wat we zelf koesteren.

Evolutionair psychologen hebben nog een andere verklaring voor waarom we stiekem het liefst met een kopie van onszelf bevriend zijn.

John Rushton en Trudy Bons van de University of Western Ontario lieten tweelingen en hun partners en vrienden vragenlijsten invullen over onder meer hun persoonlijkheid, opleidingsniveau en politieke voorkeur.

Echtgenoten en vrienden bleken in sommige aspecten net zoveel op de proefpersonen te lijken als twee-eiige tweelingen op elkaar.

De onderzoekers schrijven daarover in een artikel: ‘Als je vrienden wordt met, hulp biedt aan of kinderen krijgt met mensen die het meest op je lijken, dan probeer je ervoor te zorgen dat je je eigen genen veiligstelt en eventueel doorgeeft aan toekomstige generaties.’

Triviale overeenkomsten

Wat de reden ook moge zijn, vrienden lijken op elkaar in opleidingsniveau, leeftijd, voorkeur voor activiteiten, geloof en sociale status, maar ook zijn ze ongeveer even aantrekkelijk en zijn ze het erover eens wie dit jaar een Oscar moet winnen.

Overeenkomsten kunnen zelfs heel triviaal zijn, ontdekten de Amerikaanse onderzoekers John Finch en Robert Cialdini. Ze lieten proefpersonen een niet zo flatteuze biografie lezen van de gebedsgenezer Raspoetin.

Bij de helft van de proefpersonen werd de suggestie gewekt dat Raspoetin op dezelfde dag jarig was als zijzelf. De proefpersonen moesten daarna hun mening geven over de ‘gekke monnik’.

Daaruit bleek dat degenen die dachten dat Raspoetin hun geboortedag deelde, positiever over hem waren en hem vaker de eigenschappen ‘sterk’ en ‘effectief’ toedichtten.

Nog een voorbeeld: zit je in het vliegtuig naast iemand die dezelfde voornaam blijkt te hebben of hetzelfde boek in zijn tas heeft, dan is de kans groter dat je die persoon sympathiek vindt.

Volgens sommige psychologen is overigens het idee dat je op elkaar lijkt, net zo belangrijk of zelfs nog belangrijker dan of je dat in werkelijkheid doet.

Dat werkt trouwens ook andersom: vinden we iemand aardig, dan denken we dat diegene meer op ons lijkt dan werkelijk het geval is.

5. Omdat ze op hetzelfde moment lachen en huilen

We zien ze vaak, ze vinden ons aardig, ze laten ons zijn wie we willen zijn en ze lijken op ons: nuchtere oorzaken van een band die zo bijzonder voelt. Maar er moet toch meer zijn dan dat? Jazeker, zegt onderzoeker Elizabeth Pinel van de University of Vermont: ‘I-sharing’.

Dat heeft niets te maken met computers of mobiele telefoons, maar alles met het delen van je ‘ik’. Pinel legt het desgevraagd per e-mail uit: ‘I-sharing zijn die momenten waarop je het gevoel hebt dat je exact dezelfde ervaring hebt als iemand anders.’

Als je tijdens dezelfde filmscène in lachen uitbarst, bijvoorbeeld, of allebei tranen in de ogen krijgt tijdens een zielig liedje. Of als je allebei het woord “anti-allergiepillen” zegt wanneer je gevraagd wordt om een woord met de letter A.’

De reden dat mensen graag omgaan met anderen die op hen lijken, is volgens Pinel omdat het de kans vergroot op die gedeelde-ik-momenten.

I-sharing

I-sharing hoeft overigens niet per se tussen twee mensen te gebeuren. Pinel: ‘Het komt net zo goed voor als concertgangers allemaal juichen als hun geliefde bandleden het podium betreden, als het publiek een staande ovatie geeft tijdens een toneelstuk, of als bioscoopbezoekers hun betraande gezichten afvegen in het donker. Maar ook als mensen samen naar vuurwerk kijken, of wanneer een tragedie een dorp, stad of land treft.’

Waarom I-sharing zo magisch is? Pinel: ‘Als je I-share’t, heb je het gevoel dat je in dezelfde staat van bewustzijn verkeert als de ander.’ Zo’n moment vergroot volgens Pinel de aantrekkingskracht tussen twee mensen omdat het gevoelens van eenzaamheid verlicht.

‘I-sharing-momenten maken korte metten met het gevoel van existentiële eenzaamheid, omdat we geloven dat we precies dezelfde sensaties, gedachten en reacties als de ander doormaken.’

En zo krijgt ‘de klik’ gelukkig toch nog iets van zijn mysterie terug.

Chemie op het eerste gezicht

Kun je als een waarzegger voorspellen of het zal klikken tussen twee mensen die elkaar nog nooit hebben ontmoet? Ja, zegt professor William Ickes van de University of Texas in Arlington.

Hij schreef er het boek Strangers in a strange lab over. Dat mensen op elkaar lijken en elkaar geregeld zien is op langere termijn belangrijk, maar of er sprake is van ‘chemie op het eerste gezicht’ is volgens hem vooral een kwestie van persoonlijkheid.

‘Persoonlijkheidskenmerken zijn hét uitgangspunt als je iemand leert kennen,’ legt Ickes desgevraagd per e-mail uit. ‘Ze bepalen of we iemand nogmaals willen zien en of we een relatie met die persoon willen aangaan, of dat we hem willen negeren of zelfs uit de weg gaan in de toekomst.’

Zijn werkwijze: hij brengt eerst de persoonlijkheid van twee mensen in kaart, of ze bijvoorbeeld introvert of extravert zijn, maar ook bijvoorbeeld of ze de oudste of de jongste zijn thuis. Daarna zet hij ze bij elkaar in een wachtkamer, waar ze zogenaamd moeten wachten tot het experiment begint.

Maar stiekem ís het wachten het experiment. Ickes onderzoekt zes minuten lang met behulp van verborgen video- en audioapparatuur hoe goed het klikt tussen de twee wachtenden. Hoe aardig vinden ze elkaar? Maar ook: hoe vaak lachen ze en hoe ver zitten ze van elkaar af?

Klikfactor

De Amerikaanse psycholoog ontdekte dat sommige persoonlijkheden beter klikken met andere mensen dan andere: ze hebben een hogere ‘klikfactor’. Dat hangt vooral samen met hoeveel ‘prosociale trekken’ iemand meebrengt in een interactie.

Ickes: ‘Over het algemeen geldt: hoe meer prosociale kenmerken, hoe beter.’ Vriendelijkheid is bijvoorbeeld zo’n eigenschap die het erg goed doet bij een eerste ontmoeting, net als het feit dat je vrouw bent, de jongste thuis of erg aantrekkelijk.

Maar wat als je weinig prosociale kenmerken hebt? ‘Als je hetzelfde succes wilt hebben als dit soort sociale supersterren,’ zegt Ickes, ‘kun je bestuderen hoe ze zich gedragen – en je er dan in oefenen diezelfde dingen te doen.’

Zo gedragen mensen die hoog scoren op de Big Five-persoonlijkheidseigenschap ‘vriendelijkheid’ zich opgewekter; ook lijken ze de ontmoeting meer te waarderen, lachen ze vaker en hebben ze meer oogcontact.

Klikt het een beetje?

Je persoonlijkheid bepaalt hoe goed het klikt met onbekenden. Een paar voorbeelden:

  • Man of vrouw
    Tussen twee vrouwen klikt het beter dan tussen twee mannen of tussen een man en een vrouw, ontdekte de Amerikaanse psycholoog William Ickes. Zo glimlachen twee vrouwen meer naar elkaar en kijken ze elkaar vaker aan. Ook stemmen ze vaker in met elkaars opmerkingen dan mannelijke onbekenden. Dat is volgens Ickes opzettelijk, omdat mannen geen ‘verkeerd’ signaal willen afgeven, ‘bijvoorbeeld dat ze zwakker zijn of een lagere status hebben dan de ander’.
  • Plek in het gezin
    Ontmoet je iemand van het andere geslacht, dan heb je als man met oudere zussen en als vrouw met oudere broers de beste kaarten. ‘Door te leren over hoe een ouder iemand van het andere geslacht denkt, voelt en zich gedraagt, leren we iets nuttigs over de gedachten, gevoelens en acties van mensen van het andere geslacht in het algemeen.’
  • Aantrekkelijkheid
    Eerlijk of niet, we voelen ons meer aangetrokken tot knappe mensen en vinden die aardiger, slimmer en competenter. Twee knappe mensen hebben daardoor de beste klik, twee onknappe de slechtste. Hoe knapper de vrouw, hoe vaker de man zich in haar standpunten verplaatst tijdens een ontmoeting en hoe meer hij het idee heeft dat hij haar begrijpt. Ook als de man mooi is, pakt een ontmoeting positiever en intiemer uit.
  • Verlegenheid
    Verlegenheid lijkt besmettelijk te zijn: twee verlegen mensen hebben namelijk net zo’n slechte klik als wanneer slechts een van de twee verlegen is.
  • Extravert of introvert
    Hoewel je zou kunnen denken dat extraverte mensen altijd in het voordeel zijn, is dat niet het geval. Twee mensen die hetzelfde scoren op deze persoonlijkheidsdimensie klikken namelijk beter met elkaar dan een extra- en een introvert. Twee extraverten hebben het dus eerder gezellig, net als twee introverten. Ickes: ‘Een introvert kan zich direct meer op zijn gemak voelen wanneer hij een andere introvert ontmoet dan wanneer hij een assertieve en zelfverzekerde extravert ontmoet.’
  • Vriendelijkheid
    Niet zo vreemd: vriendelijke mensen hebben sneller een klik dan niet-vriendelijke. Het maakt overigens dan niet uit of een van de twee vriendelijk is of allebei. Volgens Ickes is vriendelijkheid zelfs het belangrijkste prosociale kenmerk, en kunnen vriendelijke mensen zelfs onaardige vreemdelingen doen ontdooien. ‘Hoe vriendelijker je gesprekspartner is, hoe meer je zelf praat, kijkt en lacht.’

Meer lezen over chemie?

William Ickes, Strangers in a strange lab. How personality shapes our initial encounters with others, Oxford University Press