Over stoffige weggetjes, via oerwoud, bergen en drukke steden reist Liduine Zumpolle door heel Colombia. Per vliegtuig, auto, boot en paard of ezel als het moet. Om te praten met alle partijen in de burgeroorlog, die al meer dan veertig jaar duurt. Ze spreekt met gedecoreerde generaals, met paramilitairen in camouflagepak, met guerrillastrijders in kaplaarzen. Stuk voor stuk gevaarlijke mannen, die er niet van gecharmeerd zijn dat de vertegenwoordigster van vredesorganisatie Pax Christi hen aanklaagt wegens schendingen van de mensenrechten. ‘Boeven zijn het allemaal. Allemaal overschrijden ze de basisregels van de menselijke moraliteit. Maar je moet er wel mee praten, of je het leuk vindt of niet. Je moet ze niet alleen bestoken met papier en rapporten, het is vooral belangrijk dat ze je ook persoonlijk zien en spreken.’

Daar staat ze dan, tegenover een groep tot op de tanden bewapende mensen. ‘Een razernij en een woede die daar vaak achter zit, van die kerels met vertrokken koppen. Het is gevaarlijk spul. Je levert je over en moet er maar op vertrouwen dat het lukt.’

In Colombia bestrijden vele partijen elkaar, met als voornaamste slachtoffers de burgerbevolking. Linkse guerrillabewegingen strijden tegen het Colombiaanse leger, dat wordt

Log in om verder te lezen.