‘Soms denk ik: had ik ook mijn eigen dochter dit gevoel maar kunnen geven’

Laura (45) was 35 jaar toen ze oma werd van kleindochter Romy. Op haar 40ste werd kleinzoon Daymion geboren.

Laat familiepatronen los – maak je eigen keuzes
Training

Laat familiepatronen los – maak je eigen keuzes

  • Herken én doorbreek je belemmerende familiepatronen
  • Ontdek hoe je je eigen pad kunt bewandelen en voel je vrijer
  • Inspirerende video’s en opdrachten onder begeleiding van een contextueel therapeut
Bekijk de training
Nu maar
69,-

‘Mijn dochter verlangde naar onvoorwaardelijke liefde. Een kindje geboren uit haar buik, voor eeuwig aan haar verbonden. Daarom raakte ze op haar 17de al zwanger. Misschien voelde ze zich eenzaam; ik vind dat geen fijne gedachte.

Had ik iets anders kunnen doen om het te voorkomen, heb ik me vaak afgevraagd. Ik weet het niet. Ons contact was altijd al moeizaam, sinds een paar maanden is het er amper nog. Haar twee kinderen ziet ze ook niet meer. Ze heeft tijd nodig om aan zichzelf te werken. Mijn kleinkinderen wonen bij hun vader.

Iedere week ga ik een middagje met ze op pad. Gewoon lekker thuis spelen of naar de speeltuin. Hoe zwaar of druk mijn week ook is, zij laten me altijd lachen. In het begin probeerde ik met mijn kleinkinderen over hun moeder te praten. In kinderwoorden legde ik uit waarom ze er niet voor hen is.

Mijn kleindochter geeft nu aan dat ze dat niet meer wil. Ze heeft gelijk. Ik moet gewoon oma zijn, bij wie ze zich veilig kunnen voelen. Soms denk ik wel: had ik mijn eigen dochter dat gevoel ook maar kunnen geven.

Maar ook ik was te jong, zie ik achteraf. Ik wilde nog van alles en had de rust nog niet in me om er echt voor haar te zijn. Het is geen schuldgevoel, enkel een wens die niet meer kan uitkomen.

Mijn dochter neemt het me wel kwalijk, weet ik. Ze heeft me weleens opgebeld en verweten dat ik geen goede moeder voor haar was. Dat ik nu haar kinderen inpik.

Ze zou dankbaar moeten zijn dat ik haar zoon en dochter de liefde probeer te geven die ze verdienen. Natuurlijk raakt zo’n verwijt me, al probeer ik mijn dochter emotioneel los te laten. Anders is het niet te dragen.

Toch hou ik van haar en is ze iedere dag in mijn gedachten. Ik hoop dat ze haar leven op de rit krijgt. Dat ze haar zoon en dochter weer zal zien. Misschien dat we dan eens met zijn vieren naar de dierentuin kunnen. Ik als oma, zij als moeder, en haar zoon en dochter als onbezorgde kinderen.’

‘Leeftijd was geen reden om dit wonder te weigeren’

Bianca (44) beviel vorig jaar van haar eerste kind, dochter Isis.

‘Ik droomde nooit van kinderen. Misschien kwam het doordat ik opgroeide in ruzie. Dat werd onbewust mijn beeld van een gezin, en dat beeld was niet best. Op mijn 42ste ontmoette ik mijn droomman, Hans.

Binnen een maand woonden we samen en ja, dan bespreek je ook de toekomst. Hij had al een zoon van 8, en had niet de behoefte nog een keer vader te worden. En ik wilde gewoon met zijn tweetjes oud worden en ongelofelijk gelukkig blijven.

Drie maanden later bleek ik totaal onverwachts toch zwanger. Dwars door condoom en pessarium heen. We schrokken ons rot. Samen rekenden we: als ons kind de deur uitgaat, zijn wij dik in de zestig. Toch vonden we dat allebei geen reden om dit wonder niet te laten komen. Het dient zich nú aan, daar veranderen we niks aan.

De eerste paar maanden van mijn zwangerschap waren allesbehalve zorgeloos. De emoties van een eerdere miskraam kwamen omhoog. Tel daar mijn leeftijd bij op en ik had genoeg om me zorgen om te maken. Elke keer dat ik naar de wc ging, was ik bang dat het foute boel zou zijn.

Nu dit kindje – waar ik nooit naar verlangd had – in mijn buik zat, wilde ik het voor geen goud verliezen. Pas na de vruchtwaterpunctie lukte het om te genieten. Ik had geen pijntjes, misselijkheid of andere problemen.

Het enige waaraan ik merk dat ik ouder ben dan de meeste moeders is dat mijn buik na de bevalling niet zo snel terug in vorm is gekomen. Soms baal ik daarvan, vaker denk ik: als dat het enige is, ben ik gelukkig.

Ik voel me ook niet geïsoleerd als late moeder. Mijn vriendinnen verschillen in leeftijd, tussen de 25 en 52 jaar. We zitten sowieso allemaal in andere fases, dat ben ik gewend.

Lichamelijk was 44 jaar misschien niet de ideale leeftijd om een kind te krijgen. Mentaal was ik er nu meer klaar voor dan ooit. Toen Isis geboren werd, gilde ze alles bij elkaar.

Hysterisch was ze, tot ze op mijn borst lag. Ze kalmeerde zodra haar huid de mijne raakte. Ik ben in balans. Ik heb geleefd en kan mijn dochter rust bieden. Ik hoef niet zoveel meer, behalve de rest van mijn leven ongelofelijk van haar houden. En dat gaat helemaal vanzelf.’

‘Ik was jaloers op de dikke buik van mijn dochter’

Mira (40) is moeder van Rose (20) en Freya (1), en oma van Micha (2). Haar tweede kleinkind is op komst.

‘Mijn 17-jarige dochter had net verteld dat ze zwanger was. Ik lag in bed, wakker, met een vreemd gevoel in mijn buik. Geen woede, geen verdriet – ik voelde jaloezie. Ik schaamde me meteen: dit mag een moeder niet voelen tegenover haar bloedeigen kind.

Al vijf jaar verlangde ik naar een baby. Met mijn nieuwe partner probeerde ik al lang zwanger te worden. De buik van mijn dochter Rose groeide en die van mij bleef leeg.

Ik verlangde naar de komst van mijn kleinkind, maar moest mezelf er steeds aan herinneren dat ik niet zijn moeder werd. Ik maakte me zorgen: wat zal ik straks voor dit kind voelen? Als ik zelf zo’n sterke kinderwens heb, zal ik dan mijn rol als oma wel kunnen vervullen?

Mijn man en ik werden op het nippertje afgekeurd voor IVF. Onze laatste optie was een zaaddonor. Rose moest nog twee maanden toen ik ook zwanger bleek. Zij was de eerste die ik belde.

Het werd een lang gesprek, over ochtendmisselijkheid en gezwollen enkels, maar het was zoveel meer dan dat. Doordat ik zelf moeder werd, kon ik eindelijk echt genieten van oma worden. Er hing geen donkere wolk van mijn eigen verdriet meer boven.

Terwijl ik dit vertel zit mijn kleinzoon samen met mijn dochter aan mijn voeten te spelen. Ik pas een paar dagen per week op hem. In het begin zei ik weleens per ongeluk: “Kom maar bij mama.” Sinds mijn dochter geboren is, gebeurt dat niet meer. Ik voel verschil, al is dat niet onder woorden te brengen. Van beiden hou ik zielsveel.

De relatie met mijn oudste dochter is veranderd. We zijn gelijkwaardiger geworden. Als vriendinnen, in plaats van moeder en kind. Doordat ik jong moeder was voelde ik me vaak afgesloten van vriendinnen die in een heel andere levensfase zaten. Dat is verdwenen.

Ik begrijp nu de jongere vrouwen die baby’s hebben én de oudere met tieners. Het heeft allemaal beter uitgepakt dan ik had durven hopen. Al zal ik mijn jongste dochter Freya later toch vertellen dat zo jong moeder worden niet verstandig is. Maar als ze net zo eigenwijs is als Rose en ik, dan zal ik er ook voor haar zijn.’

‘Ik voel me geen echte oma’

Elvira (47) was 39 toen ze oma werd van een kleinzoon.

‘We hadden dagenlang gepraat. Ik wilde dat mijn dochter haar eigen hoofd en hart volgde. Ze vond zichzelf met 16 jaar te jong en besliste tot een abortus. Omdat ze al ruim drie maanden zwanger was kon ze niet zomaar naar een kliniek om het weg te laten halen.

Ze kreeg een reeks pillen die het kindje zouden doen overlijden en een natuurlijk bevalling op gang moesten brengen. Het zou emotioneel en lichamelijk zwaar worden, en ik maakte me zorgen.

We zaten samen op bed toen ze de eerste pil innam. Troostend wreef ik over haar rug. Opeens sprong ze op. “Ik wil het toch niet, mam,” zei ze paniekerig, “het voelt niet goed.” Ik nam haar bij haar arm mee naar het toilet.

Ze stak haar vinger achter in haar keel en gaf over. In het ziekenhuis zeiden ze dat de pil in zo korte tijd weinig schade kon aanrichten, en ze kregen gelijk. Op mijn 39ste werd ik oma van een kerngezonde kleinzoon.

Geen seconde schaamde ik me voor mijn dochter, de tienermoeder. Ik was juist trots dat ze haar verantwoordelijkheid nam. Niet iedereen dacht er zo over. Sommige mensen reageerden positief, maar aan hun lichaamstaal zag ik dat ze iets anders dachten. Net even dat trekje met de mond dat meer zei dan duizend woorden.

Vriendinnen waren gelukkig eerlijk. Ze vroegen of ik niet bang was mijn vrijheid te verliezen. In het eerste jaar was dat soms zo. Mijn kleinzoon had vaak oorontstekingen en dat betekende voor ons allemaal slapeloze nachten.

Mijn dochter is nu heel zelfstandig. Ze woont op zichzelf. Ze is niet meer samen met de vader, maar hij helpt haar wel. We hebben afgesproken dat ik me alleen met ze bemoei wanneer zij erom vraagt.

Een echte oma voel ik me niet; die heeft de tijd en rust om uren bij het klimrek op een bankje te zitten. Dat kan en wil ik nog niet. Mijn kleinzoon maakt het niets uit, hij weet niet beter. Laatst vroeg hij me waarom mensen in de winkel zo vreemd kijken wanneer hij “Oma, oma” roept. Ik zei maar dat ik het ook niet weet.’

Tekst: Renée Lamboo-Kooij en foto’s: Linelle Deunk

Jonge en oude moeders

Nederlandse vrouwen worden gemiddeld steeds later moeder. In 1970 waren ze 24, tegenwoordig zijn ze 29. Ook de maximale leeftijd stijgt: een paar jaar terug beviel een 63-jarige vrouw uit Harlingen met behulp van eiceldonatie van een dochter.

Het roept nogal wat discussie op: moeten ‘we’ het wel willen, zulke oudere moeders? Socioloog Melinda Mills deed er onderzoek naar aan de universiteiten van Groningen en Oxford: ‘In Nederland kijkt de maatschappij vrij negatief aan tegen oude moeders. Ook moederschap op heel jonge leeftijd is hier trouwens niet populair. Tussen 25 en 35 jaar vinden we acceptabel. Bij alles wat daarbuiten valt, hebben we onze bedenkingen.’

Je mentale leeftijd telt

Veel onderzoek naar laat moederschap richt zich op de medische kant, zoals verminderde vruchtbaarheid, en hogere kans op een miskraam, het syndroom van Down en zwangerschapsvergiftiging. Over de sociologische of psychische gevolgen is minder bekend.

Steven Pont, ontwikkelingspsycholoog en gezinstherapeut: ‘Het vooroordeel luidt dat een kind bij een oudere moeder meer balans en rust zal vinden. Die jonge moeder is misschien vrolijk en energiek, maar zal haar zaakjes financieel en materieel vast niet op orde hebben.

We linken de chronologische leeftijd – het aantal kaarsjes op de taart – aan eigenschappen.’ Beter is het, zegt hij, om te kijken naar iemands mentale leeftijd. ‘Wat heeft een moeder al meegemaakt? In welke situatie bevindt ze zich? Heeft ze steun van familie?’

Toch telt de werkelijke leeftijd van een moeder wel degelijk mee, vindt socioloog Mills: ‘We worden steeds ouder en dus is later moeder worden een logische ontwikkeling. Maar ons lichaam gaat niet mee in die trend.

Vrouwen worden nog op ongeveer dezelfde leeftijd ongesteld als twintig jaar geleden en raken op ongeveer dezelfde leeftijd in de overgang. Het is na je 35ste niet alleen moeilijker om zwanger te raken; de percentages van kinderen waarbij lichamelijk iets mis is, nemen echt sterk toe.’

De gevolgen van jong en oud moederschap

Dat kan verstrekkende gevolgen hebben, zegt Mills: ‘Stellen die op latere leeftijd een kind krijgen, en dus vaker een kind dat niet helemaal gezond is, gaan eerder uit elkaar.

Een kind dat extra zorg nodig heeft drukt enorm op een relatie en niet alle stellen kunnen dat aan. Dus zal zo’n kind eerder in een gebroken gezin opgroeien. Ook heel jonge moeders staan er vaak alleen voor.’

Aan de andere kant blijkt uit verschillende onderzoeken dat mensen die na hun 30ste een kind krijgen, meer geestelijke stabiliteit kunnen bieden en financieel een betere en zekerder positie hebben. Dat heeft op langere termijn positieve invloed.

Een oudere moeder zal waarschijnlijk minder van haar kind meemaken dan een jonge. Sterfteberekeningen tonen aan dat vrouwen die op hun 40ste een kind krijgen, ongeveer 4 procent kans hebben diens 18de verjaardag niet mee te maken.

Dat valt nog best mee, vindt Pont: ‘Gemiddeld genomen halen ze misschien de 30ste verjaardag van hun kind niet meer. Dat is verdrietig, maar niet onoverkomelijk. De meeste mensen hebben op die leeftijd hun leven aardig op orde.’

In veel gevallen zullen late moeders hun eigen kleinkinderen nooit zien, benadrukt Mills: ‘Vooral de band met de derde generatie verdwijnt. Grootouders hebben vaak een prominente rol in de opvoeding, ze passen bijvoorbeeld een dag per week op. Als dat wegvalt, kan er een probleem ontstaan.’

Dat kan zowel praktisch als emotioneel zijn: uit Amerikaans onderzoek blijkt dat kinderen die een goede relatie met hun grootouders hebben, minder kans hebben op gedragsproblemen, en socialer gedrag vertonen, dan kinderen die een slechte of geen band hebben met opa en oma.

Achter je eigen keuzes staan

Kortom, voor zowel vroeger als later moederschap valt iets te zeggen – voor zover er te kiezen valt, natuurlijk. Misschien zijn het de moeders zelf die weten welke leeftijd het beste is.

Het Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut stelde vast dat 30 procent van de vrouwen die na hun 30ste moeder werd, achteraf gezien liever eerder was bevallen.

Ook van moederschap onder de 25 jaar hebben vrouwen spijt: maar liefst 22 procent vindt nu dat ze beter had kunnen wachten. Negen op de tien vrouwen die tussen de 25 en 29 bevielen staan volgens datzelfde onderzoek nog altijd achter die leeftijd. Jong, maar niet te jong; oud, maar niet te oud, zo vinden ze zelf.