De bonobo staat net zo dicht bij de mens als de chimpansee. Maar terwijl bij chimpansees de mannen de dienst uitmaken, zijn het bij bonobo’s de vrouwen. Het is een opmerkelijk vreedzame soort die meer van seks houdt dan van oorlog. Als groepen elkaar tegenkomen zijn er aanvankelijk wel schermutselingen, maar al snel wordt het een orgie, die eindigt met gezellig vlooiende ouders en spelende kinderen.

Je kunt op je klompen aanvoelen van welke soort politiek rechts het meest houdt, en van welke soort politiek links. Bonobo’s worden op handen gedragen door zowel feministen als homoseksuelen. Maar er zijn altijd pogingen om het bestaande beeld te ondergraven. Door links wordt de gewelddadigheid van chimpansees wel afgedaan als het gevolg van onnatuurlijke omstandigheden, zoals het voeren van bananen door veldwerkers. En van de rechterkant zijn er pogingen de bonobo als agressiever of minder sexy af te schilderen om zo het beeld van de mens als dodelijke aap (killer ape) veilig te stellen.

Debatten over onze naaste verwanten zijn dus nooit helemaal vrij van ideologische over­wegingen. Dat is waarom veel kranten het nieuws over vleesetende bonobo’s meteen aangrepen om te tornen aan hun populaire imago. De soort werd afgeschilderd als heel wat bloeddorstiger en agressiever dan we hadden gedacht. Dit werd nog aangedikt door te spreken van kannibalisme. Maar is het eten van medeprimaten echt vergelijkbaar met het eten van de eigen soort? Wanneer mensen gorilla’s eten, hetgeen ze in Afrika jammer genoeg doen, noemen we dat toch ook geen kannibalisme?

Het gelijkstellen van vlees eten met agressie is een oude fout die buiten de biologie vaak wordt gemaakt. Zoöloog Konrad Lorenz legde al uit dat een kat die een muis besluipt in een heel andere gemoedstoestand verkeert dan twee katten die met bolle rug tegen elkaar staan te blazen. De hersencircuits voor predatie en agressie zijn grotendeels gescheiden, want het ene gedrag wordt door honger gedreven, het andere door vijandigheid. Dit verklaart ook waarom heel wat planteneters, zoals stieren of hengsten, uiterst agressief kunnen zijn, en sommige roof­dieren, zoals de hondachtigen, ongelooflijk sociaal.

De nieuwe waarnemingen over wilde bonobo’s zeggen daarom weinig over de aard van het beestje. Feit blijft dat nog nooit is waargenomen – in dierentuinen noch in het wild – dat bonobo’s elkaar doden, terwijl dat bij chimpansees tientallen keren is vastgesteld. In die zin blijft de bonobo de vreedzamere soort. Wat mij in feite meer interesseert aan de nieuwe ontdekking is dat de jacht bij bonobo’s, in tegenstelling tot chimpansees en mensen, geen mannenzaak is. Vrouwen doen er volop aan mee.

Het mooie is dat rechts dol schijnt te zijn op jagende vrouwen. Dat hebben we hier in Amerika net gezien rond Sarah Palin, een eland schietende politica uit Alaska. Rechts kan nu dus eindelijk de bonobo in de armen sluiten.[/wpgpremiumcontent]