‘Onze zoon heeft 32 ooms en tantes en altijd kinderen om mee te spelen’

Ruben van den Brink (32) woont met zijn zwangere vriendin Femke (33) en hun zoontje Mans (2) in een woongroep van 34 volwassenen en 8 kinderen (0-50 jaar).

‘Het bruist hier, er wonen veel zelfstandige mensen met een creatieve inslag. We wonen in een pand aan de gracht met werfkelders, een binnentuin en een grote gemeenschappelijke ruimte. Er zijn 31 kamers; keukens en sanitair delen we. Deze woonvorm geeft energie, maar vraagt ook energie voor het gemene goed: soms sta je een gang te schilderen waar je zelf nooit komt.

Ik ben hier zesenhalf jaar geleden terechtgekomen. Femke leerde ik later kennen. Ik vind het stoer dat ze het comfort van haar eigen woning heeft opgegeven om samen met mij met zoveel mensen en gedeelde voorzieningen te gaan wonen. Ik was er nog niet klaar voor om “alleen” te gaan samenwonen, vreesde de horreur van het burgermansbestaan. Inmiddels ben ik erachter dat dat meer met karakter te maken heeft dan met de plek waar je woont.

Log in om verder te lezen.