Het boek maakt nieuwsgierig. Uit grootschalig internationaal onderzoek blijkt dat maar 13 procent van de werknemers zich betrokken voelt bij zijn werk; 63 procent voelt zich niet betrokken; de rest heeft er zelfs een hekel aan. Hoe kan het dat werken voor zoveel mensen zo vervelend is? Is het echt zo stom? Of zijn we gewoon lui? Hoogleraar psychologie Barry Schwartz zoekt antwoorden.
De auteur legt de vinger op de zere plek. Het dominante gedachtegoed komt van econoom Adam Smith: mensen zijn lui, alleen bereid te werken als daar een materiële beloning tegenover staat en ze moeten voortdurend gecontroleerd worden in hun werk. Volgens Schwartz is dit een selffulfilling prophecy geworden. Door die materiële beloningen zijn werknemers bijvoorbeeld moeilijk vooruit te branden als er ergens een keer géén geld tegenover staat.
Het boek geeft tips voor bevredigender werk. Schwartz beschrijft vele gevallen die aantonen hoe saai werk toch interessant kan zijn. Bijvoorbeeld door het te verbinden met het welzijn van anderen. Zo beschrijft Schwartz conciërges die bevrediging halen uit het helpen van mensen. Daarvoor is wel enige autonomie nodig. Schwartz pleit er dan ook voor dat organisaties de touwtjes meer uit handen geven en hun werknemers gaan vertrouwen.