‘Het werd één groot life changing avontuur’

Liza Schreurs, eindredacteur:

Vier manieren om je intuïtie te verbeteren

Vier manieren om je intuïtie te verbeteren

Intuïtie is een onderschatte bron van kennis die van groot nut kan zijn. Vier oefeningen om je intu...

Lees verder

‘Wie er een halfjaar stage wilde lopen in Amerika, werd gevraagd tijdens mijn derde studiejaar. In een reflex stak ik mijn hand op. Al vond ik het razend spannend (ik was nogal honkvast destijds), ik voelde heel sterk dat ik moest gaan.

Mijn brein probeerde me veilig thuis te houden met een hardnekkig protest: dat ik dat niet kon maken naar mijn vriend, dat ik mijn teamgenoten niet midden in de competitie in de steek mocht laten, dat ik heimwee zou krijgen.

Maar ik luisterde veel liever naar dat onweerstaanbaar tinkelende gevoel. Het werd één groot life changing avontuur waarin ik vriendschappen voor het leven smeedde, en de eerste van vele reizen die nog zouden volgen.’

‘Ik negeerde het ongemakkelijke gevoel’

Marloes Zevenhuizen, redactiemanager online:

‘Ik stapte in de trein op weg naar huis, en er kwam een man naast me zitten. Hoewel ik direct een ongemakkelijk gevoel had, negeerde ik dat en bleef zitten. Niet veel later voelde ik opeens zijn hand op mijn bovenbeen. Volgende keer luister ik beter naar mijn intuïtie.’

‘Ik maakte een lijstje met plussen en minnen’

Judith van Ankeren, eindredacteur:

‘In een best wel ver verleden moest ik een keuze maken tussen twee geliefden. Dat klinkt als een luxeprobleem, maar ik vond het echt verschrikkelijk en onmogelijk.

In mijn wanhoop heb ik toen een lijstje gemaakt met per persoon de plussen en minnen (vrij belachelijk, ik weet het, maar ik was dus wanhopig). Toen ik zag wie de meeste plussen had, wist ik ineens heel zeker dat ik juist met de ander verder wilde.

Door zo rationeel te werk te gaan, dwong ik mijn intuïtie blijkbaar zich luid en duidelijk te roeren. Met de relatie liep het overigens niet goed af, dus of het nou zo’n goede methode was?’

‘Normaal ben ik van het wikken en wegen’

Caroline Buijs, coördinator:

‘In het voorjaar van 2020 kochten mijn man en ik een boshuisje. Daarmee was in één klap ons spaargeld op en hadden we geen buffer meer. Rationeel gezien dacht ik: oei, is dat wel slim?

Maar omdat ik al meer dan twintig jaar van een boshuisje droomde en we er al de nodige hadden bekeken die niet naar onze zin waren, wist ik bij het zien van dit huisje met­ een: dit is ’m! We sliepen er een nachtje over – meer tijd was er niet – en zeiden ja.

Normaal ben ik meer van lijstjes maken en wik­ken en wegen, maar bij deze be­slissing durfde ik volledig op mijn intuïtie te vertrouwen. En ik heb er nog steeds geen spijt van.’

‘Haar toestand bleek kritiek’

Dagmar van der Neut, redacteur:

‘Om elf uur stapte ik mijn bed in, uitge­put van de gebroken nach­ten en het gesjouw met de baby. Ze lag naast me in het wiegje te slapen. Eindelijk kon ik wat uurtjes pakken.

Maar ik durfde het opeens niet. Ze was vandaag voor mijn gevoel erg sloom ge­weest en spuugde veel, ik maakte me zorgen. Wat als er iets misging die nacht? Tegen alle praktische be­zwaren in kleedde ik me weer aan en reed naar de huisartsenpost.

Haar toestand bleek kritiek. Haar hartje sloeg zo snel dat het bijna uitgeput was. Mijn meisje werd met gillende sirenes naar de IC vervoerd waar uren keihard gewerkt is om haar hart te kunnen resetten.

Had ik die avond mijn unheimische gevoel genegeerd, dan was dit kern­ gezonde feestnummer er nu waarschijnlijk niet geweest.’

‘Ik zei ja, tegen elke logische redenering in’

Pam van der Veen, eindredacteur:

‘Ik was 18 en reisde door Turkije. Op een dag was mijn reisgenote ziek en ging ik alleen op stap. Daar liep ik, door het stoffige landschap, op zoek naar de dichtstbijzijnde trekpleister.

Naast me stopte een auto met drie Italianen. “Meerijden?” vroegen ze. En ik zei ja, tegen elke logische redenering in. Welk meisje stapt er nu in haar eentje in een ver buitenland in een auto vol jongens?

Dat vroeg ik mezelf ook wel even af, maar het voelde oké – en bovendien reden we toen al. De hele omgeving lieten ze me zien, de ene beziens­waardigheid na de andere, ze betaalden mijn lunch en brachten me weer keurig naar mijn hotel.

Mijn eerste gevoel had me niet bedro­gen. Of, en dat sluit ik ook niet uit, ik had gewoon heel veel geluk na een super­ domme actie.’