Woede
‘Ik kan ontzettend boos zijn. Meestal heeft het te maken met onmacht als ik niet begrepen word. Als ik boos ben moet ik huilen. Bij mannen vind ik dat irritant, want die vragen dan: “Waarom huil je nou, ben je verdrietig?” “Nee, ik ben boos!” “Maar waarom ga je dan huilen?” Huilen wordt gezien als zwaktebod.’
Verdriet
‘De laatste jaren heb ik meer verdriet om anderen en de situatie in de wereld dan om mezelf. Ik ben hoogsensitief, het verdriet van anderen komt ongefilterd binnen. Bám. In een vluchtelingenkamp in Griekenland ontmoette ik Mohamed van 9 en Fatima van 6. Hun moeder zat nog vast in Aleppo met twee gebroken benen. Tijdens bombardementen op het ziekenhuis stuurde ze me huilend voicemailberichten. “Help me. Haal me hier alsjeblieft weg.” Ze was radeloos en ik voelde me machteloos en intens verdrietig. Ik heb mijn omgeving beloofd voorlopig niet meer naar vluchtelingenkampen te gaan. Ik heb nog met zo veel mensen contact, ik kan het emotioneel niet aan om nog meer vluchtelingen te ontmoeten die ik maar een mini beetje kan helpen.’
Angst
‘Angst houdt me persoonlijk niet zo bezig, ik ben hooguit bang om iets verkeerds te zeggen. Ik vind het een gevaarlijke emotie, die oprecht contact tussen mensen in de weg staat.’
Blijdschap
‘Ik word het blijst van liefde. Tussen mensen, maar ook van een liefdevol gemaakte voorstelling of een met precisie bereid gerecht. Als ik met mijn vriend over de Noordermarkt loop en de kruidenkraam barst helemaal uit z’n voegen, dan kan ik een dag lang allergelukkigst zijn.’