Natuurlijk, de snaartheorie heeft ook haar charmes, als je een beetje thuis bent in de theoretische natuurkunde; sommige mensen worden warm van bodem­profielen, anderen weten alles van doodshoofdvlinders. Maar menselijk gedrag vindt bijna iedereen boeiend.

En daar zit meteen een probleem. Zoals iedereen denkt verstand te hebben van voetbal, zo denkt ook iedereen iets af te weten van psychologie. Dat vrouwen veel meer praten dan mannen, bijvoorbeeld, dat spreekt toch voor zich? Daar hoeven dan toch geen dure wetenschappers op gezet te worden, die toch niks anders doen dan met nutteloze onderzoekjes aantonen wat iedereen allang wist?

Onterecht, natuurlijk. Het feit dat ­zaken vanzelfsprekend lijken, is nog geen reden om ze niet te onderzoeken. Opvattingen die getoetst zijn aan de feiten, zijn toch net iets meer waard dan gratuite beweringen. Als je namelijk ­systematisch bijhoudt hoeveel woorden mannen en vrouwen op een dag gebruiken, dan blijken ze ongeveer evenveel te praten. Daar heeft de wetenschap toch een voordeel op de psychologie van de koude grond. En daarom baseren we dit blad ook op onderzoeksfeiten, en niet op ongefundeerde opvattingen over hoe de mens in elkaar steekt.

De affaire-Stapel heeft een stroom aan kritiek opgeleverd op de wetenschap in het algemeen en de psychologie in het bijzonder. Dat is opmerkelijk, want het feit dat het bedrog uitkwam, toont aan dat het systeem heel aardig functioneert. Bovendien: toen een Koreaanse kloonexpert tegen de lamp liep vanwege ­onderzoeksfraude, werd er ook niet ­geroepen dat de hele medische wetenschap wel overboord kon.

En gelukkig maar. Wetenschap is niet ‘ook maar een mening’ – het is dé methode om systematisch kennis te verwerven en te toetsen. De psychologen hier op de redactie blijven zich dus lekker ingraven in onderzoeksartikelen – zelfs voor het kleinste nieuwsberichtje. Dat kost meer tijd dan een stuk schrijven op basis van veronderstellingen, maar die tijd maken we graag. Tenslotte vinden wij menselijk gedrag ook het boeiendste wat er is.