Ik: Op Iens.nl staan wat dingen in A en B, maar niks biologisch. Heb jij ideeën?
Zij: Is C te doen voor jou of is dat te ver? Daar ken ik er eentje. En w in D is misschien wel leuk?
Ik: Die lijkt me heel goed. Maar er staat dat ie dinsdag dicht is! Wel open in D: x. Die dan?
Zij: Service onvoldoende 🙂 Maar wacht, ken je y in E? Ben ik ook benieuwd naar!

Dat schiet niet op, dacht ik, als we steeds nieuwe opties blijven aandragen. Dus ik zei maar gewoon: ‘Ja, laten we dat doen!’ om haar terwille te zijn.

Misschien was dat ook omgekeerd zo; wilde zij eigenlijk naar C, en noemde ze E alleen om mij tegemoet te komen. Maar als je samen een besluit neemt, moet je niet te moeilijk doen en een beetje schikken.

Maar juist daardoor gebeurt het nogal eens dat mensen gezamenlijk keuzes maken die eigenlijk niemand wil, vooral in grotere groepen. Dit wordt de Abilene-paradox genoemd, naar een verhaal van managementwetenschapper Jerry Harvey over een bezoek aan zijn schoonfamilie in Texas.

Aan het eind van een warme middag op de veranda stelt schoonvader voor om naar Abilene te rijden en daar een hapje te eten. Even valt er een stilte, die door Jerry’s vrouw Eve wordt verbroken: ‘Dat is best een goed idee, wat vind jij, Jerry?’ Jerry aarzelt: ‘Hoe ver is het naar Abilene?’

50 mijl, antwoordt schoonvader.
‘Heb je de airco in je auto al gerepareerd?’
‘Nope.’
‘Het lijkt me een goed idee. Maar ik hoop dat je moeder er geen probleem mee heeft, Eve?’
‘Natuurlijk ga ik mee,’ zegt schoonmoeder, ‘ik ben lang niet in Abilene ­geweest.’

Dus daar gaan ze, in de warme auto over de lange stoffige weg. Vier uur later komen ze uitgeput weer thuis. Ze praten na en dan blijkt dat ze allemaal meegingen omdat ze dachten dat de anderen het wilden – ook de schoonvader; die het had voorgesteld omdat hij dacht dat men zich verveelde. Allemaal waren ze veel liever op de veranda blijven zitten.

Aan de Abilene-paradox zien we dat problemen niet altijd ontstaan door ­onenigheid, maar juist door overeenstemming en conformisme.

Ook in ­organisaties en commissies worden vaak besluiten genomen waar indivi­duele leden niet helemaal achter staan, omdat ze allemaal denken: ik zal wel de enige zijn die het een stom idee vindt. De angst om af te wijken en dwars te liggen ligt daaraan ten grondslag.

Nu is het ook heel moeilijk om van je te laten ­horen en te zeggen dat je ergens niks in ziet, vooral als er na lang overleg een besluit in beeld komt. Maar er is een truc die soms in organisaties wordt toegepast en die je ook in het gewone leven kunt gebruiken.

Even iedereen aankijken en zeggen: ‘Willen we dit allemaal, of zijn we op weg naar Abilene?’