1. Adem diep in en uit en voel wat je voelt, precies zoals het is, zonder je pijn te negeren of te overdrijven. Sta stil bij wat je voelt. Open je hart voor die gevoelens, zonder verzet, met kalmte en helderheid. Accepteer dit moment volledig zoals het is.
  2. Bedenk dat gevoelens komen en gaan. Moeilijke gevoelens gaan weer voorbij. Je bént niet je gevoelens, je hébt ze.
  3. Vraag je af hoe deze situatie je meer kan leren over mensen, en je meer compassie voor anderen kan geven.
  4. Wat zou een zorgzame vader of moeder tegen een kind zeggen als hij of zij wilde dat het kind groeit en zich ontwikkelt?
  5. Denk aan iemand van wie je houdt. Is je liefde voor die persoon opeens verdwenen als deze een fout maakt, een slechte dag heeft, er niet leuk uitziet? Waarom zou je dan wel streng oordelen over jezelf

Ga verder naar oefening 3: Vergroot je zelfcompassie